Stil, veerkrachtig en wijs
12/12/20243 min read
We wandelen weer eens door een bos op de Veluwe. Naat en ik komen hier graag. Het is er rustig en vol leven. Bossen worden afgewisseld met weidse uitzichten over de heide en stuifzandgebieden.
Deze keer voelt het bos toch minder uitnodigend. Overal zijn dikke tractorbanden door de bosbodem geploegd en liggen gevelde reuzen.
Douglassparren zijn giganten van naaldbomen. In Nederland kunnen ze tot wel 50 meter hoog worden, over de grens nog veel hoger.
We voelen ons dubbel bij deze aanblik van verwoesting. Een ander ziet misschien ‘slechts’ houtoogst. Ook wij proberen de verschillende perspectieven op een rijtje te zetten, en belanden in een diepgaand gesprek.
Is het oké dat mensen deze reusachtige, levende wezens omleggen voor eigen gewin?
Ja, want daarvoor is deze (uitheemse) boomsoort aangeplant. Bovendien levert het gat dat ze achterlaten meer licht voor andere bomen en planten op. En licht is leven voor deze organismen.
Of toch niet? Want het verwoest een aanzienlijk stuk natuur en een bron van voedsel en onderdak voor dieren. Voor anderen - zijn soortgenoten in het bos - zal het zijn alsof er een ledemaat geamputeerd is.
Voelen wij niks van. Dus bomen ook niet. Toch? Nouuu… het is maar wie je het vraagt.
De avond na onze wandeling stuit ik op een artikel uit een alternatief mediakanaal (ja, die volg ik). De schrijver ervan gaat in op wanbeleid dat schijnbaar wordt gevoerd in Nederlandse bossen, getuige de niet mis te verstane titel van het artikel; ‘Hoe Staatsbosbeheer Nederland ontbost en de schatkist plundert’.
Het hele artikel vind je hier terug: https://indepen.eu/hoe-staatsbosbeheer-nederland-ontbost-en-de-schatkist-plundert/
Now, don’t get me wrong! Ik beweer niet dat het artikel de waarheid verkondigt, maar ik beweer ook niet dat het niet klopt. Het is slechts een bron in mijn eigen zoektocht naar waarheid en duidelijkheid. Doe met de informatie wat je wilt en blijf vooral kritisch - maar wel alle kanten op.
De ware toedracht van mijn verhaal hier, is dat ik ben begonnen met lezen in het boek Onder bomen van Jeroen Heindijk. Zelf ook een boom van een vent.
Jeroen was mijn mentor afgelopen jaar tijdens de opleiding tot NatuurWijzer. Fijne en mega inspirerende man! Veel van geleerd.
Zijn boek was net een paar dagen uit toen hij mij aan het einde van mijn 3e stagedag mededeelde dat ik geslaagd was. Ik kocht ter plekke het boek, dat Jeroen meteen signeerde met een aanmoediging voor mijn nieuwe carrière.
In zijn boek vertelt Jeroen verhalen over en van bomen. Per hoofdstuk één soort. Hij gaat in op de immense levenskracht en -lessen van bomen en de connectie tussen boom en mens (en de rest van de wereld).
Voor mij als boekenwurm én natuurliefhebber een heerlijk boek. Leerzaam en verrijkend. Dat komt mede door de spiegelfunctie die hij bomen toekent. Wij mensen hebben veel meer met ze gemeen dan we vaak denken.
Eén korte passage wil ik hier met je delen. Toevallig(?) uit het hoofdstuk over de Douglasspar.
‘De mechanische constructie van naaldhout is precies het tegenovergestelde van loofhout. Samenvattend kunnen we concluderen dat loofhout graag een beetje meer trekt dan dat het duwt en dat naaldhout liever duwt dan dat het trekt. Je ziet zulke verschillen ook wel in ons dagelijkse leven. […] zo heb je ook in de samenleving duw- en trekkrachten: mensen die vooruit willen met vernieuwing, en mensen die het bestaande willen behouden. Beide krachten zijn nodig voor een gezond evenwicht.’
BAM! De laatste zin. Die grijpt me. Pakt eigenlijk terug op het moment dat ik met Naat samen de verschillende perspectieven de revue liet passeren.
Wij mensen isoleren alles graag van elkaar. We zien bijvoorbeeld losse bomen staan, terwijl ze één organisme vormen. Dat zie je ondergronds wel, maar bovengronds niet. En wat we niet zien, dat bestaat niet. Toch? ;)
Maar eigenlijk komt het hierop neer: we mogen allemaal wel wat minder in goed en fout gaan denken. Wij/zij. Mannelijk/vrouwelijk. Zwart/wit. Dood/levend. Het zijn allemaal twee kanten van dezelfde medaille. Het één kan niet bestaan zonder het ander.
Evenwicht. Balans. Nuance.
Kijk je naar een ander mens (of een boom), dan kijk je altijd een beetje in de spiegel. En spiegels liegen niet.
Ze laten je zien wat je graag ziet, maar ook wat je absoluut niet wilt zien of zijn. Dat geldt voor iedereen. Ook voor degene die je veroordeelde op basis van een fractie van zijn of haar leven en jouw gedachten daarover.
Kloppen die gedachten altijd?
Nee.
Lang niet altijd.
Het geeft stof tot nadenken, zo’n rondje lopen tussen een paar gevelde bomen in een bos op de Veluwe.
Kritisch blijven dus, maar niet te snel conclusies trekken. Dat is de les die zich vaak meerdere keren in ons leven aandient. De vraag is: wat doe je met die les?
Ik neem hem na vandaag nog meer ter harte en laat het dienen als inspiratie om mensen en natuur (weer) te verbinden met elkaar, zoals ook bomen altijd weer de verbinding laten zien. Of zoals Jeroen zijn hoofdstuk over de Douglasspar begint: ‘De mens deelt de wereld in stukken, de boom blijft verbinden.’
Laten we wat vaker omkijken naar en leren van onze stille broeders en zusters. Ze hebben ons nog heel veel te leren. Zelfs – of misschien wel juist – als ze geveld zijn door een storm of kettingzaag.